Ze werken allebei aan hetzelfde doel: het versterken van netwerken rondom cliënten, teams en de wijk. Toch vullen netwerkontwikkelaars Heleen van der Steege (rechts op de foto) en Dani Schutte (links op de foto) hun functie ieder op hun eigen manier in. “Elke locatie is anders, en dat maakt dit werk juist zo mooi.”
Een afwisselende loopbaan
Heleen werkt al bijna 25 jaar bij IJsselheem. Ze begon als Verzorgende IG bij verpleeghuis De Weezenlanden in Zwolle, een van de voorlopers van de huidige IJsselheem-locaties. “We werkten toen nog echt grootschalig: je begon met je karretje bij kamer één en ging zo de hele afdeling rond. Maakt niet uit of cliënten wakker waren of niet,” vertelt ze lachend.
In die tijd stond de ouderenzorg aan het begin van een grote verandering: de overstap van grootschalige afdelingen naar kleinschalig wonen. Heleen maakte die ontwikkeling van dichtbij mee. “We mochten meedenken over hoe die nieuwe woonvormen eruit moesten zien – van de inrichting tot de manier van werken. We hebben zelfs een nacht geslapen in zo’n nieuwe woning om te ervaren hoe dat voelde voor bewoners,” vertelt ze.
Door de jaren heen groeide Heleen mee met die vernieuwing, volgde opleidingen en kreeg steeds meer ruimte om mee te denken over hoe de zorg anders kon. Inmiddels is ze – naast haar studie Social Work – netwerkontwikkelaar op Myosotis. “Hier komen mijn ervaring en mijn studie mooi samen.”
Dani is sinds 2024 bij IJsselheem, maar bracht al ervaring mee uit het sociaal domein. Na haar opleiding Toegepaste Gerontologie aan Windesheim werkte ze aan sociale projecten in de wijk. “Ik hielp buurtbewoners om samen iets te bedenken voor hun leefomgeving, van ontmoetingsactiviteiten tot kleine verbeteringen in de buurt.”
Toch maakte ze daarna een verrassende tussenstap. “Ik kwam terecht in de financiële dienstverlening. Een hele andere wereld,” lacht ze. “Het was leerzaam, maar ik miste de menselijke kant. Ik wilde weer echt van betekenis zijn.” Toen ze de vacature van netwerkontwikkelaar zag, wist ze meteen dat dit bij haar paste. “Ik kon mijn ervaring in het verbinden van mensen combineren met mijn passie voor ouderenzorg, en dat voelde meteen goed.”
Iedere locatie vraagt wat anders
Hoewel hun functietitel hetzelfde is, verschilt hun focus. Dani: “Ik werk veel extern. Dan heb ik gesprekken met familie, vrijwilligers en partijen in de wijk, zoals de bibliotheek of welzijnsorganisaties. We kijken hoe we samen kunnen optrekken om de leefwereld van cliënten te versterken en hierin vooral preventief te werken. Voordat mensen bij ons komen wonen.”
Heleen richt zich juist meer op de interne samenwerking. “Bij Myosotis ligt de nadruk op de implementatie van de STIP-methode om onbegrepen gedrag te verminderen. Dat betekent veel afstemmen met begeleiders, regieverpleegkundigen, GVP’ers en verzorgenden. De focus ligt intern: werken aan gelijkwaardige samenwerking tussen teams, het netwerk en vrijwilligers. Ik ben ervan overtuigd dat de basis — het vertrouwen in elkaar — stevig moet zijn voordat je verder kunt bouwen.”
Waar ben je trots op?
Zowel Heleen als Dani halen veel energie uit initiatieven die teams, vrijwilligers en naasten dichter bij elkaar brengen. Zo kijken ze met trots terug op de recente Doe-dagen, die per locatie worden georganiseerd.
Dani: “We organiseren die dagen steeds breder, met workshops voor zorgcollega’s, vrijwilligers en familieleden. Zo brengen we alle betrokkenen rond de cliënt samen. Iedereen draagt tenslotte zorg.”
Heleen vult aan: “Vrijwilligers gaven na afloop aan hoe fijn het was om echt betrokken te worden. Ze voelden zich gelijkwaardig aan het team. Dat vind ik de mooiste verandering: dat we elkaar steeds meer als partners zien.”
Ook op Myosotis is een nieuw initiatief ontstaan: het Team van de Toekomst. Daarin denken medewerkers, vrijwilligers en naasten samen na over de zorg van morgen. “We zitten één keer in de twee maanden bij elkaar en praten over wat er nodig is om goed samen te werken. Dat levert zulke waardevolle gesprekken op,” vertelt Heleen.
Samen anders leren kijken
Toch merken ze allebei dat samenwerken niet altijd vanzelf gaat. “Veel mensen denken nog: mijn moeder woont bij jullie, dus jullie zorgen voor haar,” zegt Heleen. De medewerkers doen fantastisch werk, elke dag weer. Maar de samenleving verandert, en we willen die goede zorg ook in de toekomst kunnen blijven bieden. Dat lukt alleen als we het samen doen: met familie, vrijwilligers, buren en iedereen die iets kan betekenen voor cliënten.”
Dani vult aan: “We werken met mensen die met hun hart zorgen. Voor hen is het soms nieuw om die zorg meer te delen met het netwerk rondom de cliënt, maar als dat lukt, levert het juist lucht en energie op voor iedereen.”
Juist dat maakt het werk als netwerkontwikkelaar zo waardevol. “Je bouwt aan iets dat nog volop in beweging is. Soms gaat het mis, of anders dan je had gehoopt—en dat mag. Je leert, probeert en ontdekt wat werkt.” Dani knikt: “En dat maakt het mooi. Wie deze functie overweegt, moet nieuwsgierig zijn, durven verbinden en geloven in samenwerking. Want samen kom je verder – voor cliënten, voor collega’s en voor elkaar.”
Daarnaast werk je vaak alleen op een locatie, maar je staat er nooit alleen voor. Binnen de vakgroep houden collega’s elkaar goed op de hoogte, denk je mee met elkaar en kun je altijd even sparren. Dat maakt het werk overzichtelijk én behapbaar, zeker als je net begint.